|
Toespraak van de
heer Pascal Limpens, voorzitter van
de stichting Nationaal Indië-monument 1945-1962, ter gelegenheid van de
24e Herdenking op 3 september 2011
Veteranen, nabestaanden, dames en heren het is mij een
voorrecht u allen vandaag welkom te mogen heten bij de 24e
herdenking bij het Nationaal Indië-monument hier in Roermond. U
begrijpt 2012 wordt een bijzonder jaar. Vandaag herdenken wij de
gevallenen in het voormalig Nederlands-Indië en Nederlands Nieuw-Guinea
in de periode 1945–1962.
Met gepaste trots heet ik welkom de vertegenwoordiging van Hare
Majesteit de Koningin, Generaal- majoor Morsink, de Ridders
Militaire Willemsorde de Heer Hakkenberg, de heer van den Hoek, de
heer Houben, de heer den Ouden en de Kapitein Kroon. Namens de
Staten-Generaal, de voorzitter van de Tweede Kamer Mevrouw Verbeet,
de minister van Defensie, Zijne excellentie Hillen, de
gevolmachtigde minister van Aruba Zijne Excellentie Abath, de Inspecteur-Generaal der Krijgsmacht en tevens
Inspecteur der Veteranen, Zijne Excellentie Luitenant- Generaal
Oostendorp, de Gouverneur van de provincie Limburg, de heer Frissen,
de burgemeester van Roermond, de heer van Beers en de burgemeester
van Maastricht, de heer Hoes. Daarnaast heet ik welkom de dragers
militaire dapperheidsonderscheidingen, de vertegenwoordigers van de
kerkelijke autoriteiten, de diverse Krijgsmachtonderdelen, de
vertegenwoordigers van nationale, provinciale en gemeentelijke
overheden en de vele vertegenwoordigers van maatschappelijke
organisaties.
Ik ben mijn welkomstwoord begonnen met de woorden 'gepaste trots'
omdat onze geëerde gasten aantonen hoeveel waardering er bestaat
voor de offers die zijn gebracht in de voormalige overzeese
rijksdelen.
Het Nationaal Indië-monument 1945-1962 heeft een bewogen jaar achter
de rug, de plaquettes met de onderdelen en de namen van de
gevallenen, die in december 2010 zijn ontvreemd, zijn nog maar net
teruggeplaatst, camerabewaking is geïnstalleerd, de toekomstvisie
gepresenteerd en deze jaarlijkse herdenking georganiseerd. Het
behoeft geen betoog dat dit alles niet mogelijk zou zijn geweest
zonder mijn medebestuursleden, de vrijwilligers van vele veteranen-
en vrijwilligersorganisaties, de Koninklijke vereniging van leden
van Nederlandse ridderorden, de sponsoren van de stichting Vrienden
van het Monument, het ministerie van Defensie, de provincie Limburg,
de gemeente Roermond, de 7 December Divisie, maatschappelijke
organisaties waaronder de Lions Club Roermond Regio, die het
monument hebben geadopteerd, Reünie vereniging 5-9 RI, de stichting
Heerezitting Roermond, het Prins Bernhard Cultuurfonds Limburg, de
Roermondse Stichting 1880, stichting Karel Doormanfonds, Rabobank
Roermond- Echt, het Fonds voor Vrijheid en Veteranenzorg, het
Veteraneninstituut, Red Security en honderden verenigingen en
individuen die met hun bijdragen het herstel van het monument en een
succesvolle organisatie van de herdenking mogelijk hebben gemaakt.
Ik zie ook hierin een bewijs van de omvang van de maatschappelijke
waardering.
Het afgelopen jaar is het bestuur van de Stichting Nationaal Indië-monument
1945-1962 druk doende geweest zijn toekomstvisie uit te dragen. Onze
doelstelling, een brug te slaan tussen de generaties veteranen om
gezamenlijk onze militaire gesneuvelden te eren en te herdenken, is
breeduit onder de aandacht gebracht van de verenigde
veteranenorganisaties, in het bijzonder de Indië- en Nieuw-Guinea
Veteranen.
Ik wil de Kapitein Kroon, Ridder Militaire Willemsorde, bijzonder
bedanken voor zijn bereidheid een krans te leggen bij het Monument
voor Vredesoperaties, uw bereidheid symboliseert de verbintenis
tussen alle generaties Veteranen.
Vandaag herdenken wij de meer dan 6200 gevallenen, tijdens de
operaties in het voormalig Nederlands-Indië en Nederlands Nieuw-Guinea.
Hun namen vindt u hier opgeschreven in de zuilen van het Nationaal
Indië-monument, de graven van de gevallenen bevinden zich in
Indonesië. Wij zijn ons bewust van het feit dat het monument een
plaats van gedenken van uw gevallen familieleden en kameraden is. De
Stichting Nationaal Indië-monument 1945-1962 zal deze plaats voor u
bewaren en voor de toekomst veiligstellen.
Van de heer Van Agthoven mocht ik de persoonlijke, militaire
bezittingen van zijn gesneuvelde zoon ontvangen. Guus van Agthoven
raakte zwaargewond tijdens een vuurgevecht op 11 februari 1942 en
overleed 2 weken later in het Militair Hospitaal in Tjimahi. Hij
werd begraven op het ereveld 'Pandoe', in het bijzijn van zijn
kameraden.
Vandaag herdenken wij Guus van Agthoven en de gevallen militairen in
Nederlands-Indië en Nieuw Guinea. Laten wij vandaag hun verhalen
vertellen en hun namen noemen.
Ik wens u allen een waardige herdenking.
Dank u wel
|
|